Dag 13 – 28 september 2023

D j ú p a v í k

Gisteren was het al woest weer, regen, wind en de temperatuur nog maar net boven nul. De gevoelstemperatuur was dus KOUD. Vandaag is het niet anders en dus verheugen we ons op de rondleiding in de fabriek, want daar is het tenminste windstil. Helaas, we krijgen te horen dat de elektriciteit in de fabriek kapot is en dat we morgen wel een rondleiding kunnen krijgen. Vandaag wordt e.e.a. gerepareerd en inderdaad zien we iemand met een gereedschapsriem rondlopen, gedragen over een dun T-shirtje. De drager lijkt het slechts een beetje frisjes te hebben, want hij trekt wel een sprintje naar zijn huis, maar geen warme trui of jas aan. In de avond, bij het diner, zien we dat hij de gereedschapsriem nog steeds draagt, het lijkt wel een kostbare accessoire. Ik denk nog even aan de haute-couture jongemannen die we eerder in de vakantie hebben gezien. Interessant contrast.

We waren al van plan om in de middag richting het noorden te rijden, dus dat doen we dan maar wat vroeger op de dag. Maar we starten met het maken van een berg foto’s in Djupavik zelf. Zo weinig inwoners, zo veel te fotograferen. Het is een rommeltje te noemen, met oude metalen voorwerpen, auto’s, boten, troep en prachtig vergane gebouwen. Wat wel in goede staat is, is de hotelhond. Die komt net aanwandelen met haar baasje en besluit halverwege Jens te volgen. Het is een grappig gezicht.

Na de wandeling door het dorp is het plan om met de auto naar het einde van de weg te gaan, dus de rest van het fjord te bekijken, om het landschap te bewonderen en misschien het lokale handwerkmuseum te bezoeken. Dat laatste gaat niet door, want is gesloten. Zo ook het enige restaurant in het gebied, maar dat ontdekken we pas later, dus gelukkig hebben we wat te drinken bij ons en wat kleine snackjes. Dat hebben we meegenomen, omdat als we pech krijgen het meer dan een uur kan duren voordat er iemand langs komt. Gisterenavond was er een man in het hotel wiens auto het begeven had, en hij zat een behoorlijke tijd te wachten.

We dachten gisteren al het slechtste van de weg gezien te hebben, maar nee hoor, op sommige stukken kun je maar 20km per uur rijden, harder betekent verlies van tanden en een auto die mogelijk zo over de rand van de weg stuitert en het fjord in stort. Jens probeert nog om de gaten heen te slalommen, met meer en minder succes. Soms bestaat de weg alleen maar uit bobbels, butsen en gaten en is het enige dat hij kan doen met gematigde snelheid het gehobbel verdragen. Hij rijdt prima, dus we behouden al onze tanden en worden geen van beiden zeeziek. In Nederland zou de route waarschijnlijk ‘off the road’ genoemd worden.

Zo belabberd de weg is, zo prachtig is het landschap en de vergezichten. Er zijn diepe kliffen naar het zwarte strand, de natuur vertoont alle mogelijke herfstkleuren, het water in het fjord is blauw en aan de overkant oogt de oever grijs. Dit laatste komt door het weer, want dat varieert van harder regenen, naar een soort van motregen, van harder waaien, naar harde windstoten. De zeemeeuwen en eenden in het fjord trekken zich er weinig van aan en wij ook niet. Het voordeel van het gebied waar bijna niemand woont en er nog minder toeristen zijn, is dat we nauwelijks andere weggebruikers tegenkomen. Af en toe zien we wat tekenen van bewoning en het is overduidelijk dat het een dunbevolkt gebied is en dat we er niet al te veel mensen zullen tegenkomen. Des te grappiger is dat we een bord tegenkomen dat ons waarschuwt om uit te kijken voor overstekende wandelaars. We hebben ons best gedaan, maar we hebben op geen van de dagen in de Westfjorden ooit een wandelaar gezien. Het is waarschijnlijk wel een prachtig gebied om te hiken. Ik kan me de prachtige uitzichten wel voorstellen als je de forse heuvels opklimt en bij beter weer zal het vast een stuk drukker zijn met sportievelingen. Maar nu kunnen we dus uitgebreid stilstaan, soms zelfs een eindje achteruitrijden om even uit te stappen en het prachtigs te fotograferen.

Als Jens dan een walvis spot, wachten we minutenlang tot deze weer bovenkomt. De eerste keer wist ik door alle opwinding geen foto’s te maken, ik miste de sluiterknop, maar de tweede poging slaagt. Twee foto’s waarop het lijf en de vin te zien is en een foto met slechts de vin. Later stelt Jens wat vragen hierover in het hotel en we krijgen een walvis- en dolfijnboek met alle kenmerken van de dieren. We lezen iedere pagina en twijfelen tussen twee soorten, maar uiteindelijk denken we de Dwergvinvis gezien de hebben.

Extra informatie.
Djúpavík is een plaatsje dat twee vaste inwoners heeft. Het ligt in het noordwesten van IJsland in de regio Vestfirðir. De geschiedenis van het dorpje gaat terug naar 1917, toen Elías Stefánsson de eerste haringfabriek begon. Dit bleek maar van korte duur, want in 1919 ging de fabriek failliet en in 1921 werd het dorp verlaten. Later kwam er weer een haringfabriek. Die laatste fabriek bestaat nog, maar als monument en IJslands erfgoed. De eigenaren van het hotel (enige vaste inwoners van het plaatsje), hebben ook de fabriek in bezit en proberen met veel inspanning de fabriek te behouden.
Het volgende plan is om er een yoga studio te starten. Omdat het een bijzonder fotogeniek plaatsje is, zowel door de fabriek als door de omgeving, zijn er diverse films gemaakt waarin beide te zien zijn.
Verreweg de meest bekende is Justice League
. De trailer toont een blik op de fabriek van boven af. Ook andere locaties in IJsland zijn gebruikt. Volgens de manager van het hotel hebben de filmmakers alle beschikbare kamers gehuurd in een straal van 30km rond Djupavik. Het zal een enorme belevenis geweest zijn en totaal surrealistisch in het heel rustige en stille gebied. Ik denk dat de yoga passender is, dan de opname van de film.

De dwergvinvis (Balaenoptera acutorostrata) is een van de kleinere baleinwalvissen. Volwassen dwergvinvissen hebben gemiddeld een lengte van 7 tot 7,5 meter, met een maximum van 9 tot 11 meter voor vrouwtjes en 9 tot 10 meter voor mannetjes. Beide geslachten wegen in volwassen vorm gemiddeld 4 à 5 ton en maximaal 14 ton. Het zijn redelijk nieuwsgierige dieren die ook wel mensen en boten opzoeken. (afbeelding en tekst van Wikipedia)